Tags
Column De Verwondering #2 2020
Op de drempel naar de moderne samenleving werd de eigenschap die eeuwenlang als de kroon op de christelijke deugden werd beschouwd, door David Hume (1711 – 1776) misprijzend als ‘monniksdeugd’ afgedaan.
De heilige Benedictus van Nursa had in de zesde eeuw in zijn kloosterregel de nederigheid aan alle Middeleeuwers aangeprezen als een ladder met twaalf treden, een weg tot zaligheid, maar vandaag wil niemand dat trapje nog op. Voor Friedrich Nietzsche was nederigheid het product van christelijke zelfhaat. Je bent een zondige niksnut in de ogen van God, een onderkruipsel – gedraag je zelf er dan ook naar, was de ziekmakende christelijke boodschap. Ook al zeggen we het niet meer zo kras, een nederig mens is vandaag al gauw een sneu iemand met een laag zelfbeeld. Je zelf klein maken is jezelf kleineren. Je kunt beter luidruchtig ‘kijk, hier ben ik’ zeggen dan jezelf wegcijferen.
Lees verder »